Ga naar de inhoud

Recreatief groen in de stedelijke regio's

Beleidsopgave voor groen in het kader van de integrale verstedelijkingsopgaven

Samenvatting

In de gebiedsagenda's van de integrale verstedelijkingsafspraken komen de visies en opgaven op het gebied van mobiliteit, water, verstedelijking en natuur en landschap van regio en rijk samen.

Als kennisdocument voor de concretisering van de groenopgave hebben het Kenniscentrum Recreatie en Motivaction onderzoek gedaan naar de vraag naar en het aanbod van recreatief groen in 2020.

De conclusies van dit onderzoek zijn:

  1. Het merendeel van de stedelijke regio's heeft een kwantitatief tekort aan groen in 2020.
  2. De groene opgaven om deze tekorten weg te werken zijn in een aantal regio's zeer hoog, met name in het westen van het land.
  3. Ruimtelijke barrières veroorzaken een deel van de tekorten aan groen.
  4. Recreanten zoeken het groen vooral op voor rust en het genieten van de natuur, maar sociale motieven om groen te bezoeken zijn in de stedelijke regio's wel sterker dan het landelijk gemiddelde.
  5. Daar waar een groot tekort aan groen is, is de participatie lager en is ook de tevredenheid over de recreatiemogelijkheden lager. Verder zijn de maatschappelijke gevolgen van de tekorten aan groen slechts ten dele bekend.

De beleidsaanbevelingen van dit onderzoek zijn:

  1. Uitvoering van de lopende afspraken is nodig om tekorten niet verder op te laten lopen.
  2. Ontwikkel een aanvullend beleidskader voor de realisatie van groen na 2013.
  3. Kwaliteit van recreatief groen verdient aandacht.
  4. Verschillende leefstijlen en recreatiemotieven vragen om een divers en gevarieerd groenaanbod, met een duidelijke identiteit.

De kwantitatieve groenopgave in deze studie is bepaald met het model BRAM. De berekeningen leiden tot goede handvatten voor beleid, maar verbeterslagen van dit model zijn mogelijk zodat in de toekomst tot een nauwkeuriger bepaling van de groenopgave te komen.

De onderzoeksaanbevelingen van dit onderzoek zijn:

  1. Onderzoek aspecten van druktebeleving.
  2. Herijk de opvangcapaciteiten op basis van dichtheid van wegen en paden.
  3. Betrek een leefstijlen- of recreatiemotieven benadering in de vraag.
  4. Neem meer kwaliteitsaspecten van groengebieden op.
  5. Verrijk de vraag - aanbod analyses naast wandelen en fietsen met andere recreatievormen.

Literatuurverwijzing: Boode, S.A., Berkers, R.F.A., & Hoffmans, W. (2009). Recreatief groen in de stedelijke regio's: beleidsopgave voor groen in het kader van de integrale verstedelijkingsopgaven. Den Haag: Kenniscentrum Recreatie.