Ga naar de inhoud

Zwemmen en zwemveiligheid

Trends in zwemdeelname en meningen over zwemveiligheid, factsheet 2024/56

  • Auteurs: Eef Hollander
  • Type: factsheet
  • Taal: Nederlands
  • Jaar: 2024
  • Uitgever: Mulier Instituut
  • Plaats van uitgave: Utrecht
  • Collatie: 14 p. fig. Met lit. opg.

Samenvatting

In 2024 zwemt de helft van de Nederlanders wel eens. Dat is minder dan in de jaren daarvoor. Dit blijkt uit onderzoek van het Mulier Instituut onder Nederlanders vanaf 16 jaar.

In 2024 zwemt 54 procent van de Nederlandse bevolking wel eens. In 2019 en 2017 was dat nog 70 procent. De Nederlanders die wel eens zwemmen, doen dat het vaakst in een overdekt zwembad.

Zwembad moet basisvoorziening in gemeente zijn
Het merendeel van de Nederlanders vindt dat een zwembad een basisvoorziening moet zijn in een gemeente (84%). Het openbare zwembad heeft volgens hen vooral een belangrijke functie voor de zwemvaardigheid van kinderen.

B-diploma voldoende om veilig te zwemmen volgens Nederlanders
Volgens de Nationale Norm Zwemveiligheid moet je een zwemdiploma C hebben om veilig te kunnen zwemmen. Slechts 14 procent van de Nederlanders vindt ook dat hier een zwemdiploma C voor nodig is. De helft geeft aan dat een zwemdiploma B voldoende is om veilig te kunnen zwemmen. Een derde vindt alleen een A-diploma al genoeg.

Vooral ouders verantwoordelijk voor zwemdiploma kinderen
De verantwoordelijkheid voor het halen van een zwemdiploma bij kinderen, ligt volgens Nederlanders voornamelijk bij de ouders. Maar daarnaast hebben ook scholen, de Rijksoverheid en gemeenten een verantwoordelijkheid.

Nationaal Sportonderzoek (NSO)
De cijfers over het zwemgedrag en de meningen over zwemveiligheid voor 2017-2024 komen uit het Nationaal Sportonderzoek (NSO) van het Mulier Instituut. In 2024 zijn aan 1.506 Nederlanders vragen gesteld over zwemmen.

Literatuurverwijzing: Hollander, E. (2024). Zwemmen en zwemveiligheid: trends in zwemdeelname en meningen over zwemveiligheid, factsheet 2024/56. Utrecht: Mulier Instituut.