Schoolzwemmen in het speciaal onderwijs
Factsheet 2024/3
Samenvatting
In 2023 bieden minder scholen in het speciaal basisonderwijs (SBO) schoolzwemmen aan dan in 2019. Dit percentage daalde van 38 naar 29 procent. In het speciaal onderwijs (SO) daalde het ook, maar lichter. Dit blijkt uit onderzoek van het Mulier Instituut onder de Nederlandse scholen in het speciaal (basis)onderwijs.
Schoolzwemmen vooral gericht op zwemdiploma’s
Op 47 procent van de scholen in het SO is schoolzwemmen gericht op het halen van zwemdiploma’s. In het SBO biedt 65 procent van de scholen deze vorm van schoolzwemmen aan. De rest gebruikt het als een ‘natte gymles’, of een combinatie van beide.
Het behalen van één of meerdere diploma’s tijdens het schoolzwemmen kan uitkomst bieden voor kinderen die veel belemmeringen ervaringen bij zwemlesaanbod buiten schoolzwemmen.
Schoolzwemmen geen vervanging van bewegingsonderwijs
Op de meeste SO- en SBO-scholen valt het schoolzwemmen niet onder de uren voor bewegingsonderwijs. Schoolzwemmen leidt op deze scholen dus niet tot minder bewegingsonderwijs.
Vragenlijst onder schoolleiders in het speciaal (basis)onderwijs
De resultaten van dit onderzoek zijn gebaseerd op vragenlijstonderzoek onder 316 schoolleiders in het speciaal (basis)onderwijs.
Deze publicatie maakt deel uit van het grotere onderzoek naar ‘Bewegingsonderwijs en sport in het gespecialiseerd en praktijkonderwijs’. In deze factsheet worden de resultaten over schoolzwemmen uitgelicht.
Literatuurverwijzing: Hollander, E., & Westerbroek, M (2024). Schoolzwemmen in het speciaal onderwijs: factsheet 2024/3. Utrecht: Mulier Instituut.