Deelname aan sport en bewegen door ouderen
De stand van zaken eind 2020
Samenvatting
Ouderen voldoen minder vaak aan de beweegrichtlijnen dan andere volwassenen, maar in de periode 2001-2020 is dit verschil geleidelijk kleiner geworden. Hetzelfde patroon zien we bij de (wekelijkse) sportdeelname. Dat blijkt uit een trendanalyse van de sport- en beweegdeelname van ouderen door het Mulier Instituut.
Het aandeel ouderen dat wekelijks wandelt en fietst in de vrije tijd doet inmiddels niet meer onder voor volwassenen in het algemeen. Van de 65-plussers wandelt 72 procent wekelijks, fietst 56 procent wekelijks en beoefent 15 procent (wekelijks) fitness/conditietraining.
Minder vitale ouderen blijven achter
Bij minder vitale ouderen, zoals ouderen met een lichamelijke beperking, zien we deze inhaalslag niet terug. Ook ouderen met een lagere sociaaleconomische status blijven (sterk) achter qua deelname. Voor ouderen met een chronische aandoening geldt een minder grote achterstand.
Gezondheid en plezier belangrijke motieven om te sporten
Ouderen sporten vooral voor hun plezier en vanwege hun gezondheid. Daarin wijken zij niet af van andere volwassenen. Wel zien we dat zij sociale contacten belangrijker vinden en prestaties en het uiterlijk minder belangrijk. De afnemende lichamelijke krachten vormen een belemmering om te sporten naarmate mensen ouder worden.
Sportdeelname ouderen hangt sterk samen met opleidingsniveau
Hoe hoger het opleidingsniveau, hoe meer ouderen wekelijks sporten. Jongere generaties hebben een hoger opleidingsniveau. Daarom verwachten we dat de sportdeelname van ouderen zal blijven groeien.
Vergelijking tussen ouderen en andere volwassenen
- 38 procent van de 65-pussers voldoet aan de beweegrichtlijnen, tegenover 48 procent van alle volwassenen.
- 37 procent van de 65-plussers doet wekelijks aan sport, tegenover 51 procent van alle volwassenen.
- Sportende ouderen zijn even vaak lid van een sportvereniging als andere volwassen sporters (34% vs. 35%).
- Ouderen volgen vaker dan andere volwassenen sport via de media (38% tegen 28%).
Over het onderzoek
In dit onderzoek, dat is uitgevoerd met steun van het ministerie van VWS, is in kaart gebracht hoeveel ouderen sporten en bewegen. Het rapport gaat over de deelname tussen 2001 en 2020. Voor het rapport is gebruikt gemaakt van diverse bronnen, waaronder de Gezondheidsenquête van het CBS.
Literatuurverwijzing: Dool, R. van den, & Heijnen, E. (2022). Deelname aan sport en bewegen door ouderen: de stand van zaken eind 2020. Utrecht: Mulier instituut.