Ga naar de inhoud

Evaluatie JILIB- en KSG-Sportimpulsprojecten ronde 2018

Verdiepende interviews met uitvoerende professionals, deelnemende kinderen en hun ouders

Samenvatting

Sinds 2012 kunnen lokale sport- en beweegaanbieders via de Sportimpulsregeling tweejarige financiële ondersteuning ontvangen bij het opzetten van lokaal vraaggericht sport- en beweegaanbod.

De regeling is gericht op mensen die niet of nauwelijks sporten en bewegen. Naast de ‘reguliere’ Sportimpuls hebben sport- en beweegaanbieders sinds 2013 ook de mogelijkheid om een aanvraag in te dienen voor de Sportimpuls Kinderen sportief op gewicht (KSG), die gericht is op kinderen met (risico op) (ernstig) overgewicht en hun ouders. In 2014 is daar de Sportimpuls Jeugd in lage inkomensbuurten (JILIB) bijgekomen. Hier staat de doelgroep van 0-21-jarigen (en hun ouders) uit gezinnen met een laag inkomen centraal.

Dit onderzoek is uitgevoerd door het Mulier Instituut in opdracht van ZonMw. Gekeken is hoe vier JILIB- en vier KSG-Sportimpulsprojecten uit ronde 2018 een jaar na de start van de tweejarige subsidieperiode ervoor staan.

Om de projecten goed te kunnen evalueren, zijn verdiepende groepsinterviews afgenomen met uitvoerende professionals, deelnemende kinderen en hun ouders.

De belangrijkste resultaten uit het onderzoek zijn:

  • Deelnemende kinderen en hun ouders zijn positief over de georganiseerde activiteiten binnen de Sportimpulsprojecten JILIB en KSG. Ook onder de uitvoerende professionals is het draagvlak voor de projecten groot.
  • Bij JILIB-projecten wordt de beoogde doelgroep, jongeren uit gezinnen met een laag inkomen, goed bereikt door samen te werken met scholen in lage SES wijken. KSG-projecten hebben meer moeite om de doelgroep, met name kinderen onder vier jaar met overgewicht, te bereiken.
  • Bij alle KSG-projecten worden ouderbijeenkomsten of ouder-kind activiteiten georganiseerd. De ouderbetrokkenheid en participatie beperkt zich bij de JILIB-projecten tot het halen en brengen van de kinderen naar trainingen en wedstrijden.
  • Er is een breed scala aan ervaren effecten bij kinderen gerapporteerd door betrokken professionals, ouders en de kinderen zelf. Zo hebben kinderen hun motorische vaardigheden verbeterd en zijn zij fitter geworden.
  • Bij zowel de JILIB- als KSG-projecten wordt nog weinig structureel gemonitord en geëvalueerd.
  • Bij minder dan de helft van alle projecten is aandacht voor de borging van het project na de subsidieperiode.

Begin 2018 is de laatste ronde Sportimpulsprojecten gestart. Deze projecten lopen nog tot en met 2020. Het nieuwe sport- en beweegbeleid wordt beschreven in het ‘Nationaal Sportakkoord’.

Literatuurverwijzing: Dellas, V., Gutter, K, Heijnen, E., Ooms, L., & Lindert, C. van (2020). Evaluatie JILIB- en KSG-Sportimpulsprojecten ronde 2018: verdiepende interviews met uitvoerende professionals, deelnemende kinderen en hun ouders. Utrecht: Mulier Instituut.