Ga naar de inhoud

Opschakelen

Onderzoek naar ongewenste gedragingen in de wielersport

Samenvatting

 In dit onderzoeksrapport staat de volgende vraag centraal: Wat is de aard en omvang van grensoverschrijdend gedrag in de wielersport en welke maatregelen kunnen worden genomen ter bestrijding daarvan? 

Over de gehele linie bezien, maken de topsporters in veel grotere mate vervelende ervaringen mee dan de amateurrenners (60% versus 36%). Dit geldt voor de categorieën dwang en/of chantage; verbaal en/of fysiek geweld; roddelen, pesten en/of discriminatie; en seksueel grensoverschrijdend gedrag (zie tabel 5.1). Vooral het verschil tussen de topsporters en amateurrenners op de items die ‘dwang en/ of chantage’ omvatten is groot en is deels terug te voeren op de (financiële) belangen die inherent zijn verbonden met de topsport en nauw zijn verweven met de topsportcultuur (zie verderop). Echter, ook bij de andere vervelende ervaringen is het verschil tussen topsporters en wedstijdrenners fors. Het betreft hier vervelende ervaringen die zich het afgelopen jaar hebben voorgedaan. Mogelijke verklaring voor het verschil is misschien ook dat de topsporters waarschijnlijk veel meer tijd binnen de wielersport doorbrengen en deel uitmaken van de wielercultuur. Met andere woorden, hun risico is groter op vervelende ervaringen binnen deze omgeving. De meeste renners hebben daarbij ‘soms’ aangegeven; een minderheid krijgt ‘vaak’ te maken met dergelijk grensoverschrijdend gedrag. Voor onveiligheidsgevoelens in het algemeen geldt dat beide groepen elkaar nauwelijks ontlopen.

Literatuurverwijzing: Wijk, A. van, Esseveld, J. van, Hardeman, M., & Olfers, M. (2018). Opschakelen: onderzoek naar ongewenste gedragingen in de wielersport. Arnhem: Bureau Beke.