Van vaudeville tot video
Empirisch-theoretische studie naar verschuivingen in het uitgaan en het gebruik van media sinds de jaren vijftig, Sociale en Culturele Studies - 12
Samenvatting
'Van vaudeville tot video' handelt over de periode in het vermaak die aanvangt op het moment waarop de laatste vaudevilletheaters opgeheven werden en doorloopt tot de huidige tijd waarin de videorecorder gangbaar is geworden. In die dertig à veertig jaar, tussen de jaren vijftig en het einde van de jaren tachtig, werd het schouwspel dat buitenshuis geboden en genoten werd, de huiskamers binnengeleid: eerst door de (kleuren)televisie en kort daarop door de videorecorder. In deze studie worden ook verschillende andere ontwikkelingen aangesneden: die in het luisteren naar muziek, in het lezen, in het bezoek aan bezienswaardigheden, aan horeca-etablissementen en aan sportwedstrijden. De aandacht richt zich daarbij speciaal op het uitgaan en het gebruik van media, als vormen van vermaak. Het woord 'vermaak' is in deze studie gebruikt in de betekenis van 'genoeglijke belevenissen' die personen ondergaan door zich in receptieve zin open te stellen voor een aanbod van stimuli. Het heeft derhalve betrekking op alle vormen van receptief divertisement, zowel pretentieuze als niet-pretentieuze, op 'cultuur' zowel als vertier. Deze publicatie bevat slechts de inhoudsopgave, het voorwoord en de Nederlands- en Engelstalige samenvatting.Literatuurverwijzing: Knulst, W. (1989). Van vaudeville tot video: empirisch-theoretische studie naar verschuivingen in het uitgaan en het gebruik van media sinds de jaren vijftig, Sociale en Culturele Studies - 12. Utrecht: Rijksuniversiteit Utrecht.